Kennemer Energie dient Zienswijze PCRS in vanwege noodzaak tot lenen

Kennemer Energie heeft bij de Tweede Kamer Commissie Economische Zaken en Klimaat een Zienswijze ingediend op het Voorstel van Minister Wiebes voor de nieuwe Postcoderoossubsidieregeling (PCRS) per begin 2021. Kennemer Energie ziet de noodzaak om gebruik te maken van vreemd vermogen bij het realiseren van postcoderoosprojecten onder de nieuwe Postcoderoossubsidieregeling (PCRS) die in 2021 moet ingaan, als een groot struikelbrok. In Noord-Holland zijn – met uitzondering van Amsterdam – geen fondsen om kleinere hernieuwbare energieprojecten op een eenvoudige manier te financieren. Daarnaast maakt de noodzaak tot lenen – zeker bij kleinere projecten – de realisatie onnodig complex voor de vrijwilligers die zich hier voor inzetten. De Zienswijze is hier te downloaden als pdf.

 


Geachte leden van de Tweede Kamer Commissie Economische Zaken en Klimaat,
 
Wij benaderen u omdat wij serieuze zorgen hebben over de mogelijke consequenties voor de energietransitie en het klimaat naar aanleiding van de laatste plannen van Minister Wiebes voor de nieuwe Postcoderoossubsidieregeling (PCRS). Niet alleen Kennemer Energie uit hierover zorgen, maar ook de VNG plaatst ernstige kanttekeningen in haar positon paper over het Belastingplan 2021. Tevens hebben de wethouders van de zeven gemeenten in Zuid-Kennemerland en IJmond (Haarlem e.d.) en de BUCH -gemeenten (Bergen, Alkmaar e.d.) hun zorgen hierover schriftelijk gedeeld met de Minister.
 
Wij roepen u met dit schrijven op om hieraan aandacht te besteden en te borgen dat we het opgebouwde momentum voor het realiseren van hernieuwbare opwek door lokale partijen niet verliezen de komende jaren.
 
Proces
Eind augustus jl. hebben wij Minister Wiebes een schrijven doen toekomen waarin wij onze zorgen hebben geuit over de toen voorliggende voorstellen voor een nieuwe postcoderoossubsidieregeling . Op 17 september jl. heeft het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) op verzoek van de Minister het eindadvies uitgebracht voor deze nieuwe Postcoderoossubsidieregeling (PCRS) die zal moeten ingaan begin 2021. Enkele leden van u hebben begin oktober jl. hierover relevante vragen gesteld aan de Minister en wij hebben de indruk dat dankzij uw vragen voor een aantal van de door ons opgesomde knelpunten nu aandacht is. De focus hierbij ligt momenteel op de overgangsperiode en -regeling tussen de oude en de nieuwe postcoderoosregeling voor het gezamenlijk opwekken van zonnestroom en windstroom door lokale partijen.
 
Cruciale punten van zorg over de voorwaarde van vreemd vermogen
Een cruciaal aspect van de nieuwe regeling lijkt echter nog onvoldoende als urgent ervaren te worden. Het gaat om het feit dat er in het eindadvies van het PBL van wordt uitgegaan dat bij elk Postcoderoosproject – naast gelden van deelnemers (crowdfunding) – het leeuwendeel van de kosten met vreemd vermogen gefinancierd wordt. Alleen onder die voorwaarden kan er een business case worden gemaakt waarin de deelnemers – dankzij het hefboomeffect – hun investering in een redelijke termijn van ca. 7 jaar kunnen terugverdienen.
 

  • Het principe van de vereiste voor vreemd vermogen om de business case voor een PCRS-project rendabel te krijgen, is in onze ogen uiterst discutabel. De meeste energiecoöperaties worden geleid door vrijwilligers in hun avonduren. Het werven van buurtgenoten voor hun PCRS-projecten is aantrekkelijk voor de meeste van deze bestuurders. Het daarnaast moeten aantrekken van vreemd vermogen is echter een extra complicerende factor en een zware opgave die eerder ontmoedigend zal werken.
    Onze verwachting is dat daardoor veel van deze enthousiaste bestuurders, leiders in deze energietransitie, afhaken. Dat is een risico dat zorgvuldig gemonitord zal moeten worden, omdat we anders een regeling organiseren waarop alleen de grote professionele organisaties een beroep kunnen gaan doen; met als gevolg dat het het streven naar 50% opwek in lokaal eigendom alsnog in de knel kan komen. En wij hebben begrepen dat deze regeling juist voor dit doel is ontworpen.
     
  • In het PBL eindadvies worden op pagina 33 de uitgangspunten van het Ministerie van EZK opgesomd. Dit PBL eindadvies lijkt twee van deze uitgangspunten niet te honoreren:
    Er wordt uitgegaan van generiek voor Nederland geldende regels. En ‘Binnen een categorie moet het merendeel van de projecten gerealiseerd kunnen worden met het berekende basisbedrag’.  
    Er wordt hierbij vanuit gegaan dat bij de berekende business cases voor collectieve zonnestoomdaken en andere opwekinstallaties in alle provincies vreemd vermogen tegen min of meer dezelfde gunstige voorwaarden voor initiatieven beschikbaar zou zijn. Op dit moment zijn echter in slechts 5 provincies (Friesland, Utrecht, Gelderland, Overijssel en Flevoland) en in Amsterdam, dergelijke fondsen aanwezig.


Verder wordt er op pagina 36 gesteld dat banken bereid zijn projectfinanciering voor deze PCRS-projecten te organiseren. Aangezien het bij collectieve zonnestroomdaken veelal om ‘kleinere’ bedragen van tussen de €50k en €500k gaat, heeft zich nog geen bank gemeld met een aanbod tegen de veronderstelde condities. En daarmee lijkt dit advies niet te voldoen aan de twee eerdere genoemde uitgangspunten van de opdrachtgever, het Ministerie van EZK.*
 
Ontwikkeling vreemdvermogenfonds
Wij hebben vernomen dat Energie Samen, onze belangenorganisatie, onze zorgen over dit tweede punt met ons deelt en ook het initiatief heeft genomen om met drie banken te bespreken of ze gezamenlijk een vreemdvermogenfonds kunnen organiseren waarmee energiecoöperaties in het gehele land daadwerkelijk de gewenste collectieve opwekinstallaties kunnen realiseren. Dat is een prijzenswaardig initiatief om de lacune en daarmee de cruciale fout van het eindadvies van PBL op te lossen. Dit initiatief lost echter niet ons urgente probleem op de korte termijn op. Het organiseren en operationeel maken van een dergelijk vreemdvermogenfonds kan immers jaren duren.

Urgentie
Om het momentum met de energiecoöperaties en gebouweigenaren echter vast te houden en de transitie naar het realiseren van meer hernieuwbare opwek in de komende jaren verder te versnellen, is het zaak dat alle relevante informatie en mogelijkheden bekend en toegankelijk zijn voor energiecoöperaties;  bij voorkeur uiterlijk met het bekend maken van de definitieve details van de PCRS-regeling in januari 2021.
 
Wij merken op dit moment al dat veel commerciële partijen vooruitlopen op de RES-sen en dus wel proposities kunnen doen aan gebouweigenaren en landeigenaren, terwijl de lokale energiecoöperaties in grote delen van het land al maanden met lege handen staan, vanwege complicaties bij het verkrijgen van vreemd vermogen. Let wel, deze onwenselijke situatie speelt in 7 van de 12 provincies! Dus hier geldt hoe eerder deze ernstige lacune in het PBL eindadvies is opgelost, hoe beter.
 
Wij hopen dat dit schrijven u voldoende inzicht geeft in de reële risico’s ten aanzien van de klimaatdoelen en de uitvoering van de Regionale Energie Strategieën. Wij roepen u dan ook om deze situatie aan de orde te brengen op het daartoe geëigende moment en zo te zorgen dat de kans groter wordt dat we de gestelde klimaatdoelen daadwerkelijk met elkaar kunnen behalen.

Wij danken u voor uw erkenning van de punten in deze zienswijze en uw inzet in deze. Mocht u vragen hebben, dan kunt u ons bereiken door middel van onderstaande contactgegevens.
 
Met vriendelijke groet,



Bestuur Stichting Kennemer Energie

 


* We hebben de auteurs van dit PBL Eindadvies verzocht om concretisering van hun beweringen op pagina 36 dat banken wel bereid zijn de benodigde leningen aan te bieden en op pagina 39 dat er voldoende gemeentelijke en provinciale duurzaamheidsregelingen in het hele land beschikbaar zijn. Wij hebben helaas geen enkele reactie mogen ontvangen tot op heden.